Edo Keuning: ‘Utrecht loopt als een rode draad door mijn leven’

2 uur geleden

De nieuwe Algemeen Directeur van FC Utrecht aan het woord

Met ingang van 1 september is Edo Keuning (55) de nieuwe Algemeen Directeur van FC Utrecht. De hoogste tijd voor een nadere kennismaking. In gesprek over de linkerflank van Sportlust’46, hardlopen met Mark van der Maarel en groeikansen bij FC Utrecht. “Mijn handen jeuken om samen verder te bouwen.”

Freiburg im Breisgau. Het is de ochtend van 23 oktober. Vanavond speelt FC Utrecht in het kader van de UEFA Europa League tegen SC Freiburg. Het merendeel van de spelers, staf en aandeelhouders ligt nog op één oor als Edo Keuning de trap van het hotel af komt lopen. Bij de schuifdeur wacht Mark van der Maarel. Beiden ogen sportief in hardlooptenue. Ondanks de aanhoudende Regengüsse wagen de Algemeen Directeur en de Assistent Directie zich aan een rondje door de deelstaat Baden-Württemberg. Ruim een half uur later keren de twee doorweekt maar voldaan terug bij het hotel. “Het was een rustig rondje”, vertelt Keuning met een knipoog. “Mark is natuurlijk al even geen prof meer.”

Na een snelle douche, een goede kop koffie en de nodige telefoontjes, zetelt de Algemeen Directeur monter tegenover ons in de lobby van het hotel. Het is een zeldzaam rustmoment voor de man die altijd aan lijkt te staan. Sinds het moment dat we in Duitsland zijn gearriveerd, is hij alleen maar aan het werken. “Ons RVC-lid Kees Jansma zegt dat wel treffend: Ik ben iemand die in een dynamische omgeving moet werken. Ik sta eigenlijk altijd aan en ben op mijn best als er iets staat te gebeuren”, analyseert Keuning. “Kansen zien. Dan is dit écht een mooie rol. Ik ga heel eerlijk zijn: De jonge Edo had nooit verwacht dat hij op een dag als Algemeen Directeur bij de vijfde club van Nederland zou werken. Tegelijkertijd past het heel goed bij wie ik ben en waar ik voor sta. Bovendien loopt Utrecht als een rode draad door mijn leven.”

Vechtsebanen
Dat vraagt om enige context. De oplettende supporter zal weten dat Keuning sinds 2020 bij FC Utrecht werkzaam was als Operationeel en Financieel Directeur. Maar wat is eigenlijk het verhaal achter de man die een uur eerder nog een verwoede poging deed Van der Maarel eruit te lopen? “Mijn wieg stond in Woerden. Mijn moeder stamt uit een Utrechts geslacht, van ambachtslieden/ondernemers in de grafische wereld en aannemerij. Mijn middelbare school stond in de stad, in Lombok. Ik was eigenlijk altijd aan het sporten. Zwemmen, tennis, judo, schaatsen. Op zaterdagavond met de bus van Woerden naar de Vechtsebanen. Als het regende had je een extra reden om niet te vallen; anders had je heel de avond een natte broek. Toch bracht ik de meeste uren door op het voetbalveld. Op de dag dat ik lid kon worden, meldden mijn ouders mij aan bij Sportlust’46. Dat heb ik tot mijn achttiende volgehouden, toen ging ik studeren. De trainer zette me op alle posities, maar ik eindigde als rechtsbenige linksback. Ik was niet het grootste talent, maar speelde wél in de selectie. Ik moest het hebben van mijn gedrevenheid en conditie. Met Sportlust speelden we regionaal en vochten doorgaans tegen degradatie. Als ik er zo over nadenk had ik wel een FC Utrecht-mentaliteit: Ik deed er alles aan om een tegentreffer te voorkomen. Daarvoor ging ik desnoods door muren. Op z’n Utregs, geen concessies.”

Bankier
Als Utrechtse scholier komt Keuning al in contact met FC Utrecht. Dat immense stadion aan het Herculesplein heeft direct een magische aantrekkingskracht. Hij zal er nog geregeld komen, zelfs als hij gaat studeren in Rotterdam. De pientere leerling heeft een duidelijk doel; hij wil de derde generatie Keuning worden die zich bankier mag noemen. “Mijn opa was bankdirecteur in Dokkum. Later heeft hij daar een school en het ziekenhuis opgericht. Mijn vader was o.a. directeur bij Vlaer & Kol in Utrecht. Dat is later overgenomen door ABN Amro.”

In Rotterdam studeerde Keuning af tot fiscalist, een opleiding die hij eigenlijk nooit in de praktijk heeft gebruikt. Op zijn 24e wordt hij namelijk al gevraagd kantoordirecteur te worden bij ABN Amro, de bank waar hij uiteindelijk 25 jaar blijft werken. “Dat was een beetje volgens de Pipi Langkous-theorie. Ik had het nog nooit gedaan, ik dacht wel dat ik het kon. Van fiscalisten wordt verwacht dat ze precies dat doen wat er in het wetboek staat. Dat is niet wie ik ben. Ik was altijd op zoek naar vernieuwing, verbetering. Als je alleen maar doet wat iedereen doet, kom je niet verder. Dat geldt ook voor de voetballerij. Vaak hoor je: Dit kan niet of Zo doen we het al jaren. Ik vind het leuk om de status quo uit te dagen. Dingen die in het voetbal al heel lang zo zijn, anders te benaderen. Minder heilige huisjes.”

In 1998 keert Keuning terug naar Woerden, waar hij nog altijd woont met zijn gezin. Aan de Utrechtse Daalsesingel treedt hij in de voetsporen van zijn vader. Keuning klimt op in de organisatie en wordt Managing director in de absolute bloeiperiode van ABN Amro. Op een zeker moment heeft hij de leiding over meer dan 1000 mensen. “Dat was leuk, dynamisch maar ook heel hard werken. We hebben heel hard gewerkt en veel bereikt. Dan komt er een moment dat je verzadigd, dat je hetzelfde blijft doen. Zoals gezegd, ik heb een dynamische omgeving nodig. En dit werd te vertrouwd.”

Aankoop stadion
Waar een deur dichtgaat, gaat de ander open. Het is 2020. Een paar weken voordat ook Nederland wordt geconfronteerd met de Coronapandemie, wordt de komst van Keuning bij FC Utrecht wereldkundig gemaakt. Hij wordt Operationeel en Financieel Directeur. Waar Thijs van Es het uithangbord is van de club en Jordy Zuidam indruk maakt op technisch gebied, opereert Keuning in de jaren die volgen meer in de luwte.

“Dat wist ik aan de voorkant”, vertelt Keuning. “De aandeelhouders zeiden dat mijn profiel beter paste bij dat van Algemeen Directeur, maar die positie was al bezet. Ze wisten dat er een paar interessante dossiers zouden komen, waar ik mijn tanden in zou kunnen zetten. Al bij mijn eerste gesprek zag ik kansen om dingen anders te doen, beter. Ik ging de status quo uitdagen. Het klopt dat ik wat meer in de luwte actief was. Het gaat mij om de club en uiteindelijk hebben we de laatste jaren samen veel gerealiseerd.”

Keuning was de drijvende kracht achter diverse projecten. Zo realiseerde hij onder meer het trainingscomplex in Overvecht, een top of the league grasmat, nieuwe verlichting én de aankoop van Stadion Galgenwaard en speelde hij een belangrijke rol bij de official partners BUD, Compass, Castore en Red Bull. Allemaal cruciaal bij het grotere doel: de gezondmaking van de club. In 2024 is hij het dan ook die onder grote mediabelangstelling, zwarte jaarcijfers presenteert.

Utregs jochie
Als Van Es in de zomer van 2025 aangeeft een stap terug te gaan doen, komen de aandeelhouders uit bij Keuning. Hij zet samen met Zuidam zijn handtekening onder een nieuwe meerjarenstrategie (zie kader). Keuning stapt er vol overgave in. “Dit is een prachtige kans. De laatste jaren hebben we grote stappen gezet. De club is gezonder geworden en de focus is nog meer bij het Eerste elftal komen te liggen. Maar we zijn er nog niet. De voetballerij staat nooit stil en ons wacht met onder meer de stadionontwikkeling interessante kansen. Mijn handen jeuken om samen verder te bouwen in deze dynamische omgeving. Ik ken de club, weet waar de uitdagingen liggen en werk graag samen. Hoe dat bij mij werkt? Ik geloof niet in conflict. Elke oorlog wordt opgelost met diplomatie. Laten we daar dan maar direct mee beginnen.”

“Deze baan is een enorme eer én een grote verantwoordelijkheid. Het is wel onze club. Ik ben dan misschien geen Utregs jochie, Utrecht zit in mijn hart. Laten we samen bouwen aan een nog betere én mooiere club.”

Nieuwe strategie
De voorbije maanden werkten Edo Keuning, Jordy Zuidam en anderen binnen FC Utrecht hard aan een nieuwe groeistrategie voor de club. Zoals gesteld is er de laatste jaren veel verwezenlijkt, maar wacht de club in een snel veranderd speelveld mooie uitdagingen. Keuning: “Over de afgelopen tien jaar is FC Utrecht de nummer vijf van Nederland. Dat is het gevolg van strategisch en goed beleid aan de voetbalkant. Die lijn willen we doortrekken. Wij willen een top-5 club zijn waar de stad en de regio trots op zijn. Dat realiseren we in eerste instantie met de prestaties op het veld. We zijn competitief en willen dat blijven. Onze missie is om met sportief succes te bouwen aan verbinding en een onvergetelijke beleving. FC Utrecht staat midden in de maatschappij en maakt het verschil voor mensen. Door wat we presteren op het veld, maar ook wat we nog meer zijn en doen. Daarbij hebben we de laatste jaren ingezet op gezondwording, iets waar de komende jaren op door zullen pakken. Dat vraagt focus op bepaalde deelgebieden als ook het lef om nieuwe kansen te zien. De komende maanden hopen we meer van onze concrete plannen te kunnen delen.”