Tekst: Olav Veenhof
Hoe bevalt het leven in Antwerpen?
“Het leven hier bevalt me goed. Het is niet ver van Nederland, en iedereen spreekt hier Nederlands, dus de overgang ging soepel. Ik ben hier goed opgevangen, en grappig genoeg zijn de clubkleuren van Royal Antwerp FC dezelfde als die van FC Utrecht, dus daaraan hoefde ik niet eens te wennen.”
Je noemt snel FC Utrecht. Heb je nog contact met mensen van de club?
“Jazeker! Zo spreek ik af en toe Justin Lonwijk, met wie ik bij Suriname zit. Ook heb ik soms contact met Adam Maher, en laatst sprak ik Urby Emanuelson nog. Dus ja, ik houd zeker nog contact met oud-teamgenoten.”
Een andere oud-teamgenoot van jou, Willem Janssen, heeft nu een rol in de technische staf. Zie jij jezelf in de toekomst terugkeren bij FC Utrecht, bijvoorbeeld als speler of trainer?
“Dat durf ik niet te zeggen. De toekomst is onvoorspelbaar. FC Utrecht blijft een prachtige club voor me, maar niets is zeker in het voetbal. Wie weet wat er gaat gebeuren.”
Je hebt zelf veel mooie wedstrijden mogen spelen voor FC Utrecht. Welke wedstrijd is je het meest bijgebleven?
“Dat moet die wedstrijd in Stadion Galgenwaard tegen AZ in de play-offs zijn geweest. Volgens mij stonden we toen 3-0 achter. Uiteindelijk wonnen we alsnog met penalty's, en op dat moment ontplofte gewoon alles. Iedereen kwam het veld op, en het was één groot feest. Het is echt zo’n moment dat je niet kunt omschrijven. Je moest er gewoon bij zijn om het te voelen. Dat was een wedstrijd die ik nooit zal vergeten.”
Volg je FC Utrecht nog steeds?
“Jazeker! Elke wedstrijd die ik kan kijken, kijk ik ook.”
Hoe kijk je naar de resultaten van dit seizoen?
“Ik ben onder de indruk van hoe goed de jongens nu presteren. De manier van spelen is heel aantrekkelijk, en ook in moeilijke wedstrijden weten ze het vaak over de streep te trekken. Dat laat zien dat het team goed in elkaar zit.”
Zondag komt PSV op bezoek in Stadion Galgenwaard en woensdag staat een uitwedstrijd tegen Ajax op het programma. Hoe leeft het team naar zulke topwedstrijden toe?
“Je voelt dat je net dat beetje extra wilt geven. Dit zijn de wedstrijden waar je als voetballer voor leeft. Dat merk je op de trainingen, maar ook als je het stadion binnenkomt en de supporters harder hoort zingen. Die sfeer geeft echt een enorme boost.”
Waarin verschilt het voetbal in Nederland met dat in België?
“In België is het voetbal een stuk fysieker en de intensiteit ligt vaak hoger. Er is ook een iets andere denkwijze. In Nederland wordt het bijvoorbeeld niet gewaardeerd als je zomaar een bal wegschiet; dan kijken ze je vreemd aan. Maar hier in België schromen ze daar niet voor, en dat maakt de competitie soms zelfs aantrekkelijker. Het is een verschil dat ik wel heb moeten leren waarderen.”
Je hebt ook prijzen gepakt in Antwerpen, kun je daar wat over vertellen?
“Ja, ik heb het kampioenschap, de beker én de supercup gewonnen hier. Dat was echt prachtig, ook met de supporters hier die zo fanatiek zijn. Dat enthousiasme is eigenlijk net zoals in Stadion Galgenwaard. Prijzen winnen is een geweldig gevoel.”
Hoe belangrijk is de rol van de supporters in een uitverkocht Stadion Galgenwaard?
“Superbelangrijk! Ik heb het vaak genoeg mogen ervaren en voel me bevoorrecht. Als het publiek er echt achter gaat staan, kan dit Utrecht van iedere ploeg winnen. Die steun geeft net dat beetje extra energie om ervoor te gaan.”
Je speelde jarenlang bij FC Utrecht. Wat betekent de club voor je?
“Ik ben daar volwassen geworden, heb er mijn minuten gemaakt en mijn vleugels uitgeslagen. Ik ben iedereen bij de club ontzettend dankbaar. FC Utrecht heeft echt een plek in mijn hart, en het voelt nog steeds als mijn thuis.”
Wanneer zien we je weer bij een wedstrijd van FC Utrecht?
“Hopelijk snel! Het is lastig omdat wij vaak tegelijkertijd spelen, maar ik wil zeker binnenkort weer een keer een wedstrijd bijwonen. FC Utrecht voelt nog steeds als mijn club, en ik kijk ernaar uit om weer in het stadion te zijn.”