FC Utrecht O17 leed in de eerste wedstrijd van de kampioenspoule een nipte nederlaag tegen AZ. Ondanks dat was trainer Ruud Heus niet eens zo ontevreden: “Ik vond ons met name in de eerste helft erg goed spelen. Het was sowieso een wedstrijd op een hoog niveau met veel strijd. Dit soort wedstrijden worden beslist op details. Dat zo’n detail een scheidsrechter is die een prachtige tackle van Jayden (Macnack red.) ten onrechte met een vrije trap bestraft is dan zuur. Die vrije trap werd overigens prachtig binnengeschoten door AZ”. Die vrije trap bepaalde diep in de tweede helft dan ook de einduitslag, daar waar FCU een gelijkspel wel had verdiend.

De Utrechters leverden een prima eerste helft af, waarin de organisatie goed stond en er weinig werd weggegeven. Utrecht maakte dan ook voor rust het meest aanspraak op een voorsprong. Bij de grootste kans liepen twee Utrechters elkaar in de haast in de weg. En in het woordje ‘haast’ ligt dan ook meteen verborgen waar Utrecht moeite mee heeft. Bij balbezit wordt er in de voorste gelederen te weinig de rust bewaard om tot goede kansen te komen. In het eerste gedeelte van de tweede helft kon Utrecht de bal te weinig in de ploeg houden, had AZ het meeste balbezit maar verder dan de lat boven keeper Fabian de Keijzer kwamen zij niet. Na de vrije trap die tot de 0-1 leidde, deed FCU er alles aan om de gelijkmaker te forceren. Maar ondanks dat Heus de laatste tien minuten met vier spitsen ging spelen, wist Utrecht nauwelijks tot een kans te komen.
Het vertoonde spel biedt Utrecht echter genoeg aanknopingspunten om de competitie verder te vervolgen. A.s. zaterdag is Ajax in Amsterdam de tegenstander (aanvang 14.30) en op de dinsdagavond erop komt Vitesse naar Zoudenbalch (aanvang 17.30).
 
Scoreverloop:
“63  0-1 Thijs Oosting
 
Opstelling FC Utrecht O17:  Fabian de Keijzer, Marvin Renfurm, Tommy St. Jago, Cas Odenthal, Christopher Mamengi, Karam El Ayoubi (“75 Jay van Ooijen), Mark Pabai, Stijn Schilder (“41 Reda Akmum), Amoros Nshimirimana, Jayden Macnack (“70 Andrew Kanters), Dino Janssen.