FC Utrecht was donderdagavond het Regioteam, dat bestond uit spelers van SCH, PVCV en v.v. De Meern, met 2-4 de baas. FCUtrecht.nl sprak met trainer/coach Robby Alflen over de eerste oefenwedstrijd van de nieuwe jaargang.

“Een aantal dingen die we voor ogen hadden, werd goed uitgevoerd”, analyseerde Alflen in de catacomben van Sportpark De Meern. “Het positiespel dat we speelden, was okay. Overall gezien ben ik ook tevreden over wat we vandaag hebben laten zien. Alleen het eindspel, zoals ik dat noem, moet veel beter. Dan heb je het dus over wat je doet als je vlakbij het doel van de tegenstander speelt.”

De 2-4 score die door FC Utrecht werd neergezet, was magerder dan Alflen vooraf had gehoopt. “Maar dat komt grotendeels ook door dat mindere eindspel. Is dat beter, dan maak je meer doelpunten. Als je kijkt naar de manier van druk zetten en onze omschakelingen: die waren goed. Tegelijkertijd moet je constateren dat we in balbezit af en toe te slordig waren. Dat mag niet.”

Uit een moment van slordigheid ontstonden beide treffers van het Regioteam, waarvan de eerste een erg fraaie was. “Als je zo’n goal maakt op een WK, eindigt-ie bij de mooiste vijf goals van het toernooi”, deelt Alflen een pluim uit aan spits Danny ter Hoeve, die de goal maakte. “Dat laat onverlet dat hij natuurlijk nooit al kappend door onze defensie mag slalommen.”

‘Heeft de tegenstander de bal, verover die dan binnen tien seconden’, was een target dat Alflen zijn team meegaf in het duel met het Regioteam. “Vier keer hebben ze langer dan tien tellen de bal gehad in de eerste helft. Na de rust geen enkele keer. Dat is redelijk.” En zaterdag? “Dan hoop ik dat het ons lukt twee keer een nul te mogen noteren bij die statistiek.”